Het college van burgemeester en wethouders van Meierijstad vaart een nieuwe koers als het om ruimtelijke ontwikkelingen in de buurt van geitenhouderijen gaat. Eerder was de noodklok die de provincie luidde, aanleiding om geen énkel risico te lopen wat betreft de gezondheid van de inwoners. Resultaat hiervan was dat alle bouwplannen binnen 2 kilometer van geitenhouderijen tegengehouden werden. De gezondheid van de inwoners staat in de nieuwe koers nog steeds voorop. Tegelijk vindt het college het belangrijk ook andere belangen mee te wegen bij de uiteindelijke besluitvorming.
Beschermingsmaatregelen provincie
In juli 2017 heeft de provincie Noord-Brabant een bouwstop voor geitenhouderijen ingevoerd. Aanleiding waren de resultaten van het Veehouderij en Gezondheid Omwonenden (VGO-2) onderzoek. Daarin is gebleken dat zich in een straal van circa 2 km rond geitenbedrijven een verhoogd aantal gevallen van longontsteking voordoet. De gemeente Meierijstad heeft daarop besloten alle (woningbouw)plannen binnen dat gebied voorlopig ‘on hold’ te zetten. Dat betekende dat het College een van haar eigen ambities doorkruiste; er moeten woningen gebouwd kunnen worden in elke kern.
Standpunt regio
In het kader van een goede ruimtelijke ordening is de gemeente verplicht álle bekende risico’s bij een nieuwe ontwikkeling af te wegen. Het extra risico op longontstekingen moet afgewogen worden tegen alle andere individuele, maatschappelijke, economische en volkshuisvestelijke belangen. Dat is aan het bevoegd gezag, het gemeentebestuur. Maar niet alleen Meierijstad stoeit met het dilemma hoe hiermee mee om te gaan; reden voor de gemeenten in de regio om hier gezamenlijk in op te trekken. De regio heeft heel recent een breed gedragen standpunt ingenomen hoe om te gaan met geitenhouderijen en nieuwe ontwikkelingen rondom die bedrijven. Dit biedt de gemeenten een geschikt handvat hoe te handelen; het betreft een tijdelijke handelswijze die gehanteerd kan worden tot het moment dat het vervolgonderzoek de oorzaak van het risico vaststelt. Het college van burgemeester en wethouders van Meierijstad heeft dat regiostandpunt op 13 maart overgenomen.
Afwegingskader Meierijstad
Concreet betekent dit dat in de gemeente Meierijstad voorlopig als volgt gehandeld wordt:
- Een uitbreiding van het aantal geiten in bestaande stallen of gebouwen wordt niet toegestaan, tenzij er geen gezondheidskundige bezwaren daarvoor zijn.
- Binnen een straal van 2 km rondom geitenhouderijen doet zich, vooralsnog, een extra risico voor. Daarom hanteert het college daar een extra zorgvuldigheid. Dat betekent dat met plannen voor het huisvesten of opvangen van kinderen, kwetsbare mensen en ouderen sowieso terughoudend omgegaan wordt. Er bestaat géén hard afwegingskader voor de toetsing van bouwplannen. Locatie, omgeving, het soort bedrijf en het soort ontwikkeling zijn telkens anders en vragen om maatwerk. Het gezondheidsbelang wordt daarbij afgezet tegen bijvoorbeeld volkshuisvestelijke, sociale, economische en financiële belangen.
- Aanvragers van plannen en nieuwe potentiële bewoners in het gebied worden geïnformeerd over het risico. Ook wordt hen gevraagd een verklaring daarover te ondertekenen.
Kortom, op grond van een zorgvuldige afweging en eventueel maatwerk is er wellicht ruimte om ruimtelijke ontwikkelingen wél toe te staan binnen een straal van 2 km rondom een geitenhouderij.
Consequenties
In Meierijstad vallen de Noordwestzijde van de gemeente (kern Schijndel, Kern Olland) en de oostzijde ((kern Mariaheide) binnen de risicozone van 2 km. Eerdere verzoeken die ‘on hold” zijn gezet, worden in het licht van het nieuwe afwegingskader opnieuw beoordeeld door het college, overigens zonder nu al vooruit te kunnen lopen op de uitkomst. Een concreet voorbeeld hiervan is de woningbouw aan de Pastoor Smitsstraat in Olland. Of een ontwikkeling doorgang kan vinden is natuurlijk ook afhankelijk van wat de initiatiefnemer wil. Daarom gaat de gemeente elke initiatiefnemer of koper van een kavel, actief informeren. Wethouder van den Bogaard: “Dat doen we om de initiatiefnemer heel bewust te laten zijn van de risico’s van de stap die zij zetten. Bij een positief besluit over een principeverzoek, een bestemmingsplanwijziging of een vergunning mag de initiatiefnemer ervan uitgaan dat het college een zeer zorgvuldig afgewogen besluit heeft genomen. Maar op dit moment, met de onzekerheden voor de volksgezondheid, blijft er (ook bij een positief besluit) altijd enig risico waarvoor het College geen verantwoordelijkheid kan nemen. Daarvan moet de initiatiefnemer zich héél bewust zijn”.
Onderzoek
Uit de vervolgonderzoeken door het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) moet blijken wat de oorzaak is van het verhoogde risico. En ook welke maatregelen mogelijk zijn bij geitenhouderijen. Op dit moment is niet te zeggen wanneer de resultaten van die onderzoeken bekend zullen zijn.